Zoals de zon licht uitstraalt, zendt de weg radioactieve straling uit. Deze straling is niet gevaarlijk en we worden er de hele dag door omringd. Niet alleen door straling uit de weg, maar ook door straling uit de bodem of door het beton uit muren.
Radioactieve straling is alleen met een speciaal apparaat waar te nemen, de gammaspectrometer. Vergelijk het met radiogolven, zonder een radio is het geluid niet te horen.
De gammaspectrometer is een sensor die deze van nature voorkomende radioactieve straling in het steenskelet van het asfalt meet. Deze sensor die we inzetten is zeer gevoelig voor het meten van radioactieve straling en kan ook met hoge rijsnelheid voldoende informatie geven om variatie in de weg te zien. De sensor ligt in de meetbus.
De radioactieve straling wordt uitgezonden door een aantal stoffen die in de bodem en stenen voorkomen. Deze stoffen (kalium, uranium en thorium) komen in verschillende gehalten voor in de stenen die in de weg zijn gebruikt. De radioactieve straling van ieder van deze stoffen wordt gemeten.
Om een goed beeld van de verschillen tussen steenslag te kunnen geven, worden deze gehalten van kalium, uranium en thorium opgeteld tot de steenslagwaarde (SSW).